Tallis Scholars © Nick Rutter
Naar aanleiding van hun concert tijdens Passie van de Stemmen gingen we kort in gesprek met dirigent Peter Phillips.
Zijn muziek wordt niet erg vaak uitgevoerd. Van zijn tijdgenoten zou ik zeggen dat componisten als Isaac, Josquin en Cornysh vaker worden uitgevoerd, daarna volgt Fayrfax. Ik vind zijn motetten erg krachtig. Hij componeerde vier motetten die bijzonder mooi zijn, in een iets andere stijl dan zijn meesters eigenlijk. Er is Aeternae laudis lilium, een prachtig stuk met een fantastisch Amen; ik hou trouwens van Amens. Verder is er Maria plena virtute, een recente ontdekking voor ons dankzij Nick Sandons moderne editie. Plotseling realiseer je je dat Fayrfax een enorm krachtige expressie in zijn muziek had die heel goed tot uiting komt in beide motetten. Het zijn geweldige stukken die echt regelmatig zouden moeten worden uitgevoerd.
Fayrfax componeerde nog steeds volgens de katholieke traditie. De Reformatie in Engeland vond plaats na zijn dood, dus hij behoorde tot de katholieke componisten die aan en rond het hof werkten. Hij zou bijvoorbeeld Taverner gekend hebben, en wellicht ook de componisten van het Eton Choirbook: Browne en Cornysh. Dus het gaat om een stijl die zij gezamenlijk hebben uitgewerkt, die je florissant zou kunnen noemen, uitvoerig en versierd. Hij neemt deze lange melodieën en verfraait ze, zodat je mooie wendingen krijgt binnen de zinnen.
Ja, ze klinkt opmerkelijk anders. Het bereik van de verschillende stemmen is anders: de Engelsen zijn gewend aan veel hogere stemmen en hun lijnen zijn meer versierd. Fayrfax heeft niet Josquins precisie of beheersing van de frasering. De Missa O bone Jesu is zwierig, uitvoerig. Het lijkt wel alsof mensen alle tijd hadden om tot God te bidden, er is geen haast bij.
Deze mis klinkt ruim, erg breed. Ze klinkt als een grote kathedraal, omringd door grote open ruimtes. Dit wordt bewerkstelligd door het schrijven van lange lijnen en bovendien zit ook de sonoriteit erg goed. Hij bewaart op een interessante manier de ruimte tussen de partijen, zodat je een soort stralende openheid krijgt. Ik vind het niet eenvoudig de mis te doorgronden. De compositie is niet modern voor haar tijd, ze werd eerder gecomponeerd in een vrij oude stijl - wat betekent dat de lijnen en de bewegingen erg lang zijn. In zijn motetten zijn de frases wat begrijpelijker. Zijn missen vind ik bijna middeleeuws in de manier waarop ze zich ontvouwen.
We hebben alle achttien missen opgenomen. Het plan was om ze allemaal over de hele wereld uit te voeren, onder meer in Berlijn op vier dagen tijd. Heel veel werd uitgesteld en het Berlijnse project zal pas volgend jaar plaatsvinden. Tot eind augustus hebben we nauwelijks concerten gegeven; ik denk dat we maar éénmaal concerteerden in die hele periode van acht maanden. Maar de ommezwaai kwam er op 1 september en sindsdien zijn we voortdurend op pad: we zijn op dit moment in Kopenhagen en we kwamen hier aan vanuit Moskou. Het is de hele tijd alleen maar Josquin, iedereen wil Josquin op dit moment. Voor de rest van het jaar zullen we Josquin zingen en blijkbaar volgend jaar ook. Het is dit jaar trouwens ook de verjaardag van Fayrfax, hij stierf in hetzelfde jaar als Josquin. Niemand maakt er veel ophef over, dus je ziet dat er een verschil is tussen de reputatie van Fayrfax en die van Josquin. Maar Josquin is de topnaam, hij is de beroemdste van allemaal.
Het is gewoon fantastisch. Het is geweldig voor ons, de zangers genieten ervan. Het publiek natuurlijk ook, want zij hebben geen concerten meer kunnen bijwonen. Dus we zingen voor zeer enthousiaste mensen. We zijn gewoon blij om buiten te zijn en weer naar live muziek te kunnen luisteren. Iedereen heeft genoeg van online computermuziek, het is nu weer aan de live muziek.
Fantastisch, ik kijk er naar uit!