Integrated Database for Early Music (IDEM)

Image

IDEM (B-Br-9126 f. 1v-2r © KBR, Alamire Digital Lab)

Polyfonie
Juli 2010 - Januari 2017

Dit project heeft tot doel een veelzijdige database te creëren voor het onderzoeken, bestuderen en uitvoeren van middeleeuwse en renaissancemuziek (tot 1600) in de Lage Landen. IDEM wil een uniek instrument creëren voor het behoud, de studie en de valorisatie van het cultureel erfgoed van de Lage Landen, met inbegrip van zowel bronnen die momenteel in de Lage Landen worden bewaard, als bronnen die in het buitenland worden bewaard maar die rechtstreeks verband houden met de regio. De databank zal digitale beelden van primaire muziekbronnen (manuscripten en prenten) integreren met de belangrijkste instrumenten voor het bestuderen van de onmiddellijke context van de bronnen.

IDEM zal een essentieel instrument worden voor het onderzoeken en begrijpen van middeleeuwse en renaissancemuziek in ten minste drie opzichten.

  • Ten eerste zal IDEM een veel bredere en vrijere toegang tot de bronnen bieden dan nu het geval is. Op dit moment is veel belangrijk muzikaal patrimonium slechts selectief beschikbaar voor de meeste onderzoekers. Bovendien is het, gezien het feit dat veel materiaal nog steeds in kleinere archieven en kerkelijke instellingen wordt bewaard in plaats van in grote onderzoeksbibliotheken, zelfs als het materiaal in principe beschikbaar is, in de praktijk wellicht nog steeds moeilijk toegankelijk.
  • Ten tweede zullen de beelden die in de databank worden bewaard van een veel hogere kwaliteit zijn dan die van de reproductiediensten van de bibliotheken, archieven en andere instellingen die de oorspronkelijke bronnen beheren.
  • Ten derde zullen de databanken niet alleen beelden van de bronnen zelf bieden, maar ook de meest recente informatie over uiteenlopende aspecten die verband houden met de bronnen en hun inhoud. Deze omvatten fysieke aspecten van de bron, toelichtingen en andere artistieke elementen, teksten, opnames, edities van de stukken, en leiddraden om rechtstreeks vanuit de oorspronkelijke notatie op te treden.

De databank zal niet alleen betrekking hebben op polyfone muziek, maar ook op het gregoriaans. Dit is van vitaal belang voor het bevorderen van een beter begrip van de middeleeuwse en renaissancemuziek. Zo zal een meer holistische visie worden gestimuleerd door de twee met elkaar te relateren.

IDEM draagt niet alleen bij tot uitstekend en vernieuwend onderzoek, maar ook aan het op lange termijn bewaren en conserveren van kostbare bronnen.

Door primaire bronnen en secundair materiaal onder één paraplu aan te bieden, zal de databank niet alleen het onderzoek van musicologen, maar ook van letterkundigen en kunsthistorici, uitvoerders en praktijkonderzoekers vergemakkelijken. De databank zal zo de toenemende isolatie van gespecialiseerde disciplines tegengaan door een essentieel interdisciplinair onderzoeksinstrument aan te reiken. Door het verzamelen van verschillende soorten informatie die meestal geïsoleerd worden bestudeerd, zal de database een nieuw synthetisch en breed interdisciplinair begrip van de middeleeuwse en renaissance muziek en muziekcultuur bevorderen.

Constituerende databanken

  1. Een grondig begrip van de middeleeuwse en renaissancemuziek moet beginnen met studies van de primaire overgeleverde bronnen. De kern van de voorgestelde databank zal dus bestaan uit een beelddatabank met afbeeldingen van manuscripten en afdrukken met gregoriaans en polyfonie. Deze beelden zullen worden gemaakt met de meest geavanceerde technologie die beschikbaar is, en op een resolutieniveau dat de onderzoeker in staat stelt om de kleinste details van de bron te vergroten en te onderzoeken. Dit is essentieel voor de studie van paleografische aspecten van een bron, zoals de hand van de kopiist, lagen, palimpsest-manuscripten en correcties, en heeft belangrijke implicaties voor de huidige inzichten in bijvoorbeeld schrijfateliers. Dergelijke beelden zijn veel beter dan de microfilm of papieren kopieën die onderzoekers moeten gebruiken als ze de bron niet persoonlijk kunnen onderzoeken. Zij kunnen namelijk gegevens van onschatbare waarde bieden die voor het blote oog geheel of gedeeltelijk onzichtbaar zijn en dus alleen zichtbaar zijn via hoge resolutiebeelden, die vervolgens kunnen worden gemanipuleerd door digitale restauratie.
  2. Een tweede beelddatabank zal zich richten op de verluchtingen en he geschrift. Het is de bedoeling dat deze databank substantieel kan worden uitgebreid door middel van samenwerkingsverbanden met Illuminare, KU Leuvens Centre for the study of the illuminated manuscript, en gelijkaardige centra. Deze databank zal een belangrijke bijdrage leveren aan de studie van de iconografie van het middeleeuwse en renaissancehandschrift door zowel een uitgebreid overzicht te bieden van de verluchtingen in muzikale, liturgische, historische en literaire bronnen, als vergelijkingsmateriaal voor de studie van de verspreiding en de functie van iconografische topoi die gemeenschappelijk of specifiek zijn voor bepaalde periodes, regio's of brontypes.
  3. Een derde database zal zich richten op de teksten van vocale werken. Deze databank zal niet alleen de teksten bevatten die in de gedigitaliseerde bronnen worden aangetroffen, maar zal ook de mogelijkheid bieden om varianten van tekstversies te vergelijken tussen bronnen en tussen werken die vergelijkbare maar niet absoluut identieke woorden gebruiken. De grondige en gedetailleerde vergelijkingen die deze databank zal vergemakkelijken zijn een essentieel uitgangspunt bij het onderzoek naar de herkomst, de datering en de identificatie van middeleeuwse en renaissancecomposities. Tegelijkertijd zal deze databank een aanknopingspunt vormen voor onderzoekers van literaire tradities uit middeleeuwen en renaissance, door bijvoorbeeld een belangrijk instrument te bieden voor de bestudering van de receptie van klassieke, bijbelse en humanistische teksten. In een later stadium van de ontwikkeling is het de bedoeling om vertalingen van alle teksten toe te voegen.
  4. De vierde databank zal zorgen voor transcripties en kritische edities van bronnen in de beelddatabank.
  5. Een vijfde database zal zogenaamde "fake-similes" bevatten, d.w.z. manuscriptbeelden die zijn aangepast voor direct praktisch gebruik door middel van het corrigeren van schriftfouten, waarbij de woorden en de muziek in een eenduidige relatie worden gebracht (het is typerend voor middeleeuwse en renaissancebronnen dat woorden en muziek slechts op een algemene manier op elkaar zijn afgestemd), en het toevoegen van musica ficta (melodische wijzigingen die conventioneel werden toegepast door de zangers van die tijd zonder dat dit expliciet genoteerd hoefde te worden). Het doel van dergelijke aangepaste beelden is om een opstapje te bieden aan diegenen die zich op dezelfde manier met de primaire muzikale bronnen willen bezighouden als hun oorspronkelijke gebruikers deden: als basis voor de uitvoering. Deze databank zal bijzonder stimulerend zijn voor praktijkgericht en praktijkgebaseerd onderzoek, en voor de samenwerking tussen onderzoekers en uitvoerders van hetzelfde repertoire.
  6. De zesde database zal audiobestanden van de muziek in de beelddatabank bevatten. Het is duidelijk dat het van vitaal belang is dat onderzoekers, uitvoerders en studenten van middeleeuwse en renaissancemuziek de mogelijkheid hebben om onmiddellijk in contact te komen met de composities, niet alleen als geschreven, maar ook als klinkende werken. De databank zal zich met name richten op het verzamelen van zeldzame opnames en opnames van zelden uitgevoerde stukken. De databank zal echter meer bieden dan alleen de mogelijkheid om uitvoeringen van werken in studie te horen. De interpretatie van de muziek uit middeleeuwen en renaissance is een veelbesproken onderwerp. De mogelijkheid die de databank biedt voor vergelijkend onderzoek naar de uitvoeringspraktijk, door het aanbieden van verschillende versies van hetzelfde werk, zal dan ook van uitzonderlijke waarde zijn. Dergelijke vergelijkingen zullen aantonen in welke mate verschillende muzikale parameters, zoals tempo, stijl, tekstonderlaag en uitspraak, retoriek en musica ficta, openstaan voor interpretatie in de uitvoering. Bovendien zal de vergelijking van oudere met meer recente opnames het mogelijk maken om de uitvoeringspraktijk vanuit een historisch perspectief te onderzoeken.
  7. Een laatste databank zal de nodige metadata bevatten met betrekking tot al het bronnenmateriaal. De database zal materiële beschrijvingen van de bronnen bieden, gebruikmakend van de standaard criteria van internationaal erkende referentiewerken en standaardcatalogi, zoals CAO (Corpus Antiphonalium Officii), AMS (Antiphonale Missarum Sextuplex), RISM (Répertoire International de Sources Musicales), de Cantus Database, en de Census Catalogue of Manuscript Sources of Polyphonic Music 1400-1550.